De kinderen:
Een kwartier
De kinderen krijgen een voorwerp. De opdracht is zelf een spel bedenken dat ze met dit voorwerp kunnen spelen. Schrijf deze ideeën eventueel op een kopie van prent 2. Om dit spel te kunnen spelen, moeten ze vooraf spelregels bedenken. Je kan starten met een handvol afspraken en zo het spel starten. Zinvolle leermomenten zitten in problemen die tijdens het spel ontstaan omdat er vooraf geen afspraak rond gemaakt werd. Leg op dat moment het spel stil ('stop, ik zie een probleem'). Laat de kinderen het probleem benoemen ('wat is het probleem?) en het oplossen door er een afspraak rond te maken: "Welke spelregel(s) kunnen we hier rond bedenken?”
Breng Toms tweede prent van probleemoplossing aan. Bespreek met de kinderen het belang van meerdere mogelijke oplossingen: wanneer het ene idee niet werkt, kan je een ander idee proberen dat misschien wel werkt. Zo heb je meer kansen om je probleem op te lossen.
uit: De Mey, W., Messiaen, V., Van Hulle, N., Merlevede, E., Winters, S. (2005). Samen Sterker Terug Op Pad: een vroege interventie voor jonge kinderen met gedragsproblemen. SWP.