Hoe speel jij...?

Doelen

De kinderen:

  • zoeken oplossingen d.m.v. de vijf stappen van probleemoplossing.
  • maken afspraken over deze oplossingen.
  • voeren deze oplossingen (afspraken) uit.

Duur

Een uur

Materiaal

  • Gezelschapsspelen aangepast aan de leeftijd van de doelgroep (een spel per vier kinderen)
  • De vijf prenten van probleemoplossing (zie bijlage)

Verloop

Breng enkele (vrij onbekende) gezelschapsspelen mee (of laat de kinderen enkele meebrengen). Verdeel de kinderen in groepjes van 4 personen. Elk groepje krijgt een spel waarvan ze de spelregels niet kennen. De spelregels worden ook niet meegegeven.
Daag de kinderen uit om onder elkaar een aantal spelregels uit te vinden en zo te proberen om leuk samen te spelen. Het is niet van belang dat het de juiste spelregels zijn. Vertel dat je kijkt welk groepje:
- goed kan luisteren naar elkaar.
- veel creatieve ideeën heeft.
- beslissingen kan nemen.
- zich kan houden aan de gemaakte afspraken.

Na de oefening zeg je wat je observeerde. Benoem enkel concreet de positieve zaken en geef de kinderen/groepjes die hun best gedaan hebben een pluim. Geef dus vooral aandacht aan gewenst gedrag. Bijvoorbeeld:
- ‘Jonas heeft heel goed geluisterd en kon zijn beurt afwachten om te spreken.’
- ‘Dit groepje heeft mooie notities genomen.’
- ‘Elsy heeft een aantal creatieve spelregels verzonnen.’

Vraag de kinderen wie van hun groepje goed was in:
- luisteren naar iemand anders.
- goede ideetjes bedenken.
- beslissingen nemen.
- bemiddelen of ervoor zorgen dat iedereen overeenkwam.
- zich aan de spelregels houden.
- anderen aanmoedigen.
- tegen zijn/haar verlies kunnen.
- grapjes vertellen.

De focus ligt op het positieve. Ga niet in op kinderen die negatieve dingen over anderen vertellen en herhaal dan de vraag ‘wie heeft er iets goed opgemerkt in hun groepje?’. Voor vele kinderen is dit niet eenvoudig. De kans is groot dat je hier vaak in zal moeten bijsturen.